Het belang van beweeglijkheid

Ons lichaam is opgebouwd uit cellen. Een groep cellen met dezelfde functie wordt een weefsel genoemd, bijvoorbeeld een spier, bot of orgaan. Weefsels hebben genoeg voeding en zuurstof nodig, en moeten hun afvalstoffen kunnen afvoeren om hun taak goed te kunnen uitvoeren. Dit gebeurt via bepaalde vloeistofstromen.

Er zijn 3 grote vloeistofstromen in het lichaam:

  1. Het bloed
  2.  Het lymfevocht
  3. De hersenvloeistof

Wanneer door bepaalde bewegingsbeperkingen deze vloeistofstromen niet meer goed kunnen werken zal er onvoldoende voedsel- en zuurstoftoevoer zijn en zullen de afvalstoffen niet goed kunnen worden afgevoerd.

De cellen gaan slechter functioneren en bepaalde weefsels verliezen hun elasticiteit en beweeglijkheid. Allerlei klachten kunnen ontstaan, zoals pijnklachten en eventuele ziektes. De Osteopaat gaat proberen de beweeglijkheid in betreffende weefsels te verbeteren, om zodoende de vloeistofstroom te verbeteren en zo het zelfgenezende vermogen van het lichaam te verbeteren. Zodra eenmaal de beweeglijkheid en de vloeistofstroom in een bepaald gebied is hersteld zal het evenwicht binnen de 3 eerder genoemde systemen na een factor tijd in het lichaam terugkeren. Hiermee zullen klachten geheel of gedeeltelijk verdwijnen.

De behandeling zal bestaan uit het herstellen van de oorspronkelijke beweeglijkheid door middel van (zachte)handgrepen, maar ook gerichte manipulaties en mobilisaties, worden daarbij gebruikt. Daarnaast wordt gebruikt gemaakt van specifieke osteopatische technieken ter bevordering van het zelfgenezend vermogen van het lichaam.